Beschrijving
In deze trilogie schiep J.R.R. Tolkien, hoogleraar in de vergelijkende taalwetenschap in Oxford, met bijna onbegrensde fantasie een wonderlijke verbeeldingswereld, het land Midden-Aarde. Het is bevolkt met honderden wezens, kwade en goede machten, tovenaars en elfen. Het thema van het verhaal doet aan het Graal-motief denken. Hier echter beslist de Ring, afkomstig van de oermachten, over heil of verderf voor de wereld. Zolang hij in het bezit was van een onwetend monster, heerste er rust. Maar als die ring in de handen komt van de oude Hobbit Bilbo, ontwaken de boze wezens en ontstaat de strijd die gaat om het behoud of de ondergang van de wereld. Alleen de tovenaar Gandalf weet dat slechts één middel de ramp kan voorkomen; de Ring moet worden vernietigd in het vuur waarin hij ook is gesmeed, midden in het land van de boze wezens. In dit eerste deel is de strijd nog lang niet volstreden. De goede wezens komen tot aan de grens van het rijk der boze machten; dan ontstaat er onenigheid. Tenslotte neemt de kleine Hobbit Frodo Balings op zich het land binnen te trekken.
